Wi-Fi-netwerkinstellingen
Meestal hoeft u de instellingen voor een Wi-Fi-netwerk niet te wijzigen, maar soms moet u de
instellingen wijzigen als u problemen hebt met de verbinding of handmatig verbinding moet maken.
De instellingen die beschikbaar zijn voor elk Wi-Fi-netwerk zijn afhankelijk van het type netwerk waarmee
u verbinding wilt maken. Raadpleeg deze bronnen voor meer informatie over de verschillende
instellingen. Thuisnetwerk: de informatie die bij uw draadloze router werd geleverd. Zakelijk Wi-Fi-
netwerk: neem contact op met uw beheerder. Hotspot: raadpleeg alle informatie die beschikbaar is over
de hotspot of vraag een medewerker om meer informatie.
SSID
De SSID is de naam waaraan het netwerk is te herkennen. Dit veld wordt meestal automatisch
ingevuld, maar als het Wi-Fi-netwerk is verborgen, moet u de SSID invoeren om verbinding te
maken
Verborgen SSID
Schakel dit selectievakje in om uw BlackBerry-toestel te laten zoeken naar een SSID die niet wordt
uitgezonden. Een verborgen Wi-Fi-netwerk wordt niet weergegeven als een beschikbaar netwerk in
het Wi-Fi-scherm.
Instellingen
Gebruikershandleiding
150
Beveiligingstype
Stel het beveiligingstype in dat het Wi-Fi-netwerk gebruikt. Afhankelijk van het netwerk waarmee u
verbinding probeert te maken, ziet u ook
Beveiligingssubtype en Beveiliging binnenste
koppeling.
Wachtwoord
Als het Wi-Fi-netwerk met een wachtwoord is beveiligd, voert u het wachtwoord in.
CA-certificaat
Stel in welk basiscertificaat uw toestel moet gebruiken om te verifiëren of het verbinding maakt met
het juiste Wi-Fi-netwerk. Afhankelijk van het type netwerk waarmee u verbinding probeert te
maken, ziet u mogelijk ook
Clientcertificaat.
VPN-profielen
Als u een VPN-profiel wilt gebruiken om verbinding te maken met het netwerk, selecteert u het
gewenste profiel.
Bandtype
Dit veld is standaard ingesteld op Dual Band. Als het Wi-Fi-netwerk dual-band is, probeert uw
toestel verbinding te maken in de 5,0 GHz-band tenzij de signaalsterkte in de 2,4 GHz-band
beduidend sterker is. Als u verbinding wilt maken met een dual-bandnetwerk en slechts één band
wilt gebruiken, kiest u de gewenste band.
IP-adres automatisch verkrijgen
In de meeste gevallen moet deze schakelaar aanblijven, maar als u handmatig een IP-adres voor
uw toestel moet opgeven, kunt u de schakelaar uitzetten een IP-adres invoeren.
Auto-IP gebruiken
Schakel dit selectievakje in als u wilt dat uw toestel automatisch een IP-adres aan zichzelf toewijst
wanneer het geen kan verkrijgen van het Wi-Fi-netwerk.
IPv6 inschakelen
Geef aan of het netwerk gebruikmaakt van het IPV6-protocol.
Proxy gebruiken
Zet deze schakelaar aan als u verbinding wilt maken met een proxyserver. Wanneer u deze
instelling selecteert, worden extra instellingen weergegeven. Raadpleeg de gegevens over de
proxyserver voor meer informatie over welke instellingen u moet gebruiken.
Overdracht tussen toegangspunten toestaan
Dit is alleen van toepassing als het netwerk meerdere toegangspunten heeft. Stel in of het toestel
verbonden moet blijven als u van toegangspunt wisselt.